De aanstelling
‘Toen de tijd gekomen was bleek 2 april 2004 de historische dag te zijn. Het gebeurde allemaal tussen 14-16 uur op die gedenkwaardige dag. Dat was de dag waarop de HEER besloot mij mee te nemen in de geest, tussen 14-16 uur. Toen het gebeurde zag ik niet direct de ernst die deze dag in zich droeg op de profetische kalender van de ALLERHOOGSTE GOD. Ik begreep destijds dan ook niet helemaal dat dit het bezoek van dit tijdperk in de kerk zou zijn, waarin zij de laatste bocht ingaat richting de komst van de Messias. In dit unieke visioen van de HEER, bracht de HEER mij plotseling naar een zeer verheerlijkte en verheven plek. De heerlijkheid die deze plek omvatte was zo groots dat alles in de omgeving verheerlijkt werd en begon te stralen. Terwijl dit gebeurde, zag ik al gauw dat alle heerlijkheid die zo overvloedig was op die plek afstraalde van de machtige Aanwezigheid van de HEER die zich recht voor mij bevond. In dat moment liet de HEER mij weten dat Hij aanwezig was in die immense berg van heerlijkheid die recht voor mij uit straalde. De plek was zo schrikbarend heilig en verheerlijkt dat ik zelfs, toen het langs kwam, een verfijnd sissend geluid van de heerlijkheid van de HEER kon oppikken. Het was een angstwekkende en zeer eerwaardige plek, omdat deze zich recht voor de Vreeswekkende Troon van de ALMACHTIGE GOD bevond. Wat ik vandaag nog levendig kan terughalen is de enorme beving die door mij heen ging toen ik begreep dat ik recht voor de Machtige Heerlijkheid van de ALMACHTIGE HERE GOD stond, de Schepper van hemel en aarde. Zijn heerlijkheid was als een massa, een enorme schitterende berg recht voor mij. Maar deze bergachtige heerlijkheid van de HEER die voor mij stond was niet statisch, maar stroomde in wolken van heerlijkheid die rondgingen en de hele omgeving beïnvloedde.